IJzeren / gietijzeren boombeschermers


Boombeschermers uit de catalogus Blass & Groenewegen (1908).

In een stukje over boombeschermers (‘houte schutsels van boomen’) had ik ook bovenstaande afbeelding opgenomen. Boombeschermers uit de catalogus van Blass & Groenewegen uit 1908. Bij het doorbladeren van catalogi met ‘gietijzerwerk’ (tuinbanken, perkhekjes) vond ik ook nog meer ‘Corsets pour arbres’, ‘Tree guards’ en ‘Tree boxes’.
Jan Holwerda


Tree guards


Corsets pour arbres


Tree boxes


Tree boxes

Opleiding tot pluimgraaf


De Planten- en Vogeltuin te Arnhem (ca. 1885)

De functie pluimgraaf kom je wel tegen in oude stukken betreffende buitenplaatsen en in oude advertenties. De pluimgraaf was verantwoordelijk voor de beesten, m.n. het gevogelte, op de buitenplaats. Daar waar een grote menagerie was was menigmaal ook een pluimgraaf. Net als voor de tuinman / hovenier kwam er eind 19e eeuw blijkbaar ook een opleiding voor pluimgraaf.

Schuin tegenover Bronbeek (Arnhem) werd op 5 mei 1883 de Planten- en Vogeltuin met hotel met grote concertzaal geopend. Voor het ontwerp van de tuin was de tuinarchitect Dirk Wattez (1833­-1906) uit Bussum verantwoordelijk. Hij ontwierp op een golvend terrein schilderachtig gebogen vijverpartijen met rustieke bruggetjes, meerdere volières en kleurige in ovalen geplante heester­- en boomgroepen. De exploitatielasten bleken uiteindelijk te hoog en eind mei 1893 werd tot liquidatie overgegaan (tegenwoordig staat op dit terrein het verpleeghuis en reactiveringscentrum Regina Pacis).


Ontwerp Plant- en Vogeltuin te Arnhem (1883), Dirk Wattez.

Terug naar de pluimgraaf. Eén van de doelstellingen van de NV was ‘het verspreiden en bevorderen van de kennis van planten en vogels’. In dat kader moet denkbaar een krantenbericht worden gelezen. De kranten november 1886 schreven over het plan van de directie van de Planten- en Vogeltuin te Arnhem ‘om, bij genoegzame deelneming, een school op te richten tot practische opleiding voor tuinman en pluimgraaf, zoo mogelijk als vervolg èn in aansluiting op de meer theoretische tuinbouwscholen „Linnaeus” en „Generaal van Swieten” en daar het tot dusverre in ons land aan een gelegenheid ontbreekt, waar latere tuinlieden voor groote buitenplaatsen zich practisch kunnen bekwamen in de verzorging der meestal aan hunne zorgen toevertrouwd wordende hoenders en ander pluimvee,-zou dit plan in een bestaande behoefte kunne» voorzien‘.

En warempel in de Het nieuws van den dag van 2 januari 1887 werd met de opleiding geadverteerd, zie hier onder.
Jan Holwerda

… practische opleiding van tuinman en pluimgraaf

Huis Landfort

(PERSBERICHT)

De afgelopen jaren heeft stichting Erfgoed Landfort (sEL) alles op alles gezet om dit gelijknamige buiten even buiten Megchelen en op de landsgrens met Duitsland te restaureren. En daarin is de stichting buitengemeen goed geslaagd. Huis Landfort nu weer een volledig gerestaureerd complex, inclusief de herstelde moestuin, een herbouwd koetshuis met oranjerie en een volledig in stijl ingericht landhuis.
De buitenplaats telde in het verleden veel eigenaren. De eersten, nog vóór 1435, waren de broers Johan en Reynolt van Aeswijn. Het langst zat hier de familie Luyken, van 1823 tot 1970. Daarna hebben diverse eigenaren, waaronder Geldersch Landschap, de restauratie ter hand genomen; die werd serieus aangepakt toen sEL zich in 2017 over het buiten ontfermde. Die restauratie was hard nodig, want door eeuwenlange bewoning, maar vooral door de schade die de buitenplaats in de nadagen van de Tweede Wereldoorlog opliep, was Huis Landfort in een deplorabele staat geraakt.

Nu verschijnt er een boek over de buitenplaats en haar geschiedenis. Elf ter zake kundige auteurs schetsen een beeld van de bewoners, de plek van Huis Landfort in het Gelderse, de bouwgeschiedenis van het landhuis, het beheer van het grondbezit van de Oranjes in Oost-Nederland door Landfort-eigenaar Gerrit Willem van Motman, de aanleg van de tuin (waarin Jan David Zocher jr. een hoofdrol speelde), de bewogen geschiedenis in de Tweede Wereldoorlog en de ontwikkelingen van de laatste jaren.

Het boek is tot stand gekomen op initiatief van sEL en begeleid door René W.Chr. Dessing, directeur van de stichting. Hij stuurde vanaf 2018 een omvangrijk team van restaurateurs, bouwers, schilders, tuinspecialisten, medewerkers en vrijwilligers aan om Huis Landfort weer te laten schitteren. Meer informatie over Huis Landfort, waaronder bezoekmogelijkheden, is te vinden op www.erfgoedlandfort.nl.
Kijken naar Huis Landfort? Ga dan naar de recente aflevering van het tv-programma Binnenstebuiten, klik hier.

René W.Chr. Dessing (samenstelling), Huis Landfort, een buiten op de grens, Megchelen, 2023, ISBN 978 90 8258 936 8, € 26,95, pp. 256.
Verkrijgbaar via stichting Erfgoed Landfort (info@erfgoedlandfort.nl)
en Kantoor Verschoor Boekmakers (kantoor.verschoor@euronet.nl)

Oldengaerde

(OVERGENOMEN)

De eerste oplage van het boek ‘Oldengaerde, het verhaal van een havezate en zijn bewoners’ wordt uitgevoerd met een luxe omslag. Het bijzondere behang dat in Oldengaerde is aangetroffen wordt op het omslag met goudfolie en in reliëf geproduceerd. Verzeker je van een uniek exemplaar en reserveer op tijd, deze luxe editie is verkrijgbaar zolang de voorraad strekt. Even buiten Dwingeloo ligt havezate Oldengaerde verscholen in het groen van het landgoed. Een statig huis met een prachtig geornamenteerde gevel. Het is gebouwd in dezelfde stijl als de herenhuizen die in de zeventiende eeuw langs de Amsterdamse grachtengordel verrezen. Oldengaerde is beslist een boek waard, vond Het Drentse Landschap. Ze mag zich sinds een aantal jaren eigenaar van het landgoed noemen en heeft het huis inmiddels geheel in oude glorie hersteld. Tot nu toe nog is er nog nooit een boek geweest dat het verhaal van Oldengaerde uitgebreid en terdege vertelt. Dit prachtig geïllustreerde boek doet recht aan het belang en de schoonheid van een waardevol Drents monument. Oldengaerde – Het verhaal van een havezate en zijn bewoners begint diep in de middeleeuwen. Op initiatief van de bisschop van Utrecht ontwikkelde zich in Zuidwest-Drenthe een uniek cultuurlandschap. Belangrijke families als de Van Echtens speelden er een belangrijke rol bij. In de vijftiende eeuw vestigde Reynolt van Echten zich op het familiebezit in Dwingeloo. Zoon Volker was de eerste die zich Van Echten tot Oldengaerde ging noemen. Vier eeuwen lang woonden de families Van Echten en Van Dongen op Oldengaerde. Zij maakten in de zeventiende en achttiende eeuw van Oldengaerde het voorname huis dat het tot op de dag van vandaag gebleven is. In de negentiende eeuw kwam Oldengaerde via Aalt Willem van Holthe in eigendom van de familie Westra van Holthe. Oldengaerde – Het verhaal van een havezate en zijn bewoners is het gezamenlijk product van een groep auteurs die de verschillende hoofdstukken steeds vanuit hun eigen expertise benaderen. Samen brengen ze de markante eigenaren van Oldengaerde voor het voetlicht en nemen de lezer mee naar de tijd waarin ze leefden. Deze bijzondere invalshoek geeft het boek een veel breder perspectief en kan het verhaal van Oldengaerde laten zien hoe de Drentse samenleving zich de afgelopen eeuwen ontwikkelde. Rijk geïllustreerd en toegankelijk geschreven is OIdengaerde – Het verhaal van een havezate en zijn bewoners een boek voor een breed publiek met interesse in de prachtige geschiedenis van de landgoederen van Drenthe en Nederland. Het boek is een samenwerkingsproject van Het Drentse Landschap en Uitgeverij Koninklijke Van Gorcum.

Hier inzien.
B. Boivin (red.), Oldengaerde Het verhaal van een havezate en zijn bewoners, Assen 2023, ISBN 9789023259503, € 29,95.

Gesprek. Oog voor het verleden, blik op de toekomst

(INGEZONDEN)

Friso Wijnen, Hoofd Cultuur en Communicatie Nederlandse Ambassade in Frankrijk, nodigt u uit voor een ontmoeting met Franse en Nederlandse experts op het gebied van cultureel erfgoed en tuinen, op 7 juni 2023 in kasteel Twickel in Delden. Tijdens de ontmoeting op 7 juni kunt u kennis maken met enkele vooraanstaande Nederlandse en Franse professionals op het gebied van historische tuinen en parken. Daarbij zal de aandacht onder meer uitgaan naar het Franse label ‘Jardin remarquable’ dat in 2004 het licht zag en dat de schoonheid en waarde van Franse publieke en private tuinen bij een breed publiek onder de aandacht brengt.

Daarnaast zullen we tijdens deze ontmoeting verkennen welke ervaringen in Frankrijk interessant voor Nederland zijn en omgekeerd waar het gaat om het onderhoud van historische tuinen, mede tegen de achtergrond van de klimaatsverandering. Daarbij hopen we ook op uw eventuele inbreng.

Oog voor het verleden, blik op de toekomst – Cultureel erfgoed in Nederland en Frankrijk.
“Het Franse label ‘Jardin remarquable’ en het onderhoud van historische tuinen, mede tegen de achtergrond van klimaatsverandering“
Woensdag 7 juni 2023
Inloop vanaf 16:00 (het gesprek start om 16:30)
Oranjerie kasteel Twickel (Twickerlaan 7, 7495 VG Ambt Delden)
Parkeerplaats bij de Landgoedwinkel, u kunt ons om een uitrijkaart vragen

Een gesprek tussen Marie-Hélène Bénetière, Verantwoordelijke voor parken en tuinen, afdeling erfgoed van het Franse ministerie van Cultuur, Jean-Philippe Teyssier, Adjunct-directeur tuinen, Musée du Louvre in Parijs, en Willem Zieleman, hoofd hovenier, Paleis Het Loo. Moderator: Renske Solkesz, Hoofd Groen, Kasteel Twickel.
Voertaal: Nederlands en Frans (een tolk zal de inbreng van sprekers en publiek naar beide talen vertalen).
De avond wordt om 18:00 uur afgesloten met een borrel.
Aangezien het aantal plaatsen beperkt is, gelieve u zo snel mogelijk en uiterlijk vrijdag 2 juni op te geven via: culturepaysbas@minbuza.nl.
Voor vragen kunt u contact opnemen met: Mw. Agnès Raux, Senior medewerkster cultuur bij de Nederlandse ambassade in Frankrijk, agnes.raux@minbuza. nl