Samuel van Lunteren en Park van Scherpenzeel

Per 27 september 2005 verwierf de Stichting Vrienden der Geldersche Kasteelen de buitenplaats Scherpenzeel (te Scherpenzeel) in erfpacht. Ten gevolge van de overdracht kwamen onlangs ook enkele architectuur- en tuinarchitectuurtekeningen van de hand van de (tuin)architect Samuel A. van Lunteren in bezit van de stichting. Voor ons is natuurlijk het tuinontwerp van Samuel van Lunteren (gedateerd 1859) het meest interessant.


Huis Scherpenzeel, Cornelis Pronk (1731)  Bron: Kastelen in Nederland

Op een tekening van C. Pronk uit 1731 is te zien dat het kasteel veranderd is in een statig landhuis. Na een verbouwing aan het begin van de 19de eeuw, kreeg de architect en tuinarchitect S.A. van Lunteren in 1854 een verbouwingsopdracht. Vanaf 1857 werden interieur en exterieur van het gebouw in neogotische stijl veranderd. Hierin werd ook de parkaanleg betrokken. In 1859 maakte Van Lunteren een ontwerp voor een nieuwe aanleg rond het huis. Tot zijn overlijden in 1877 is Van Lunteren met de restauratie van huis en park bezig geweest.


Huis Scherpenzeel  Foto: A. Speelman (2007)  Bron: webshots

In 1980 is sprake van een nieuwe restauratie in opdracht van de gemeente Scherpenzeel; toen zijn de plannen van Samuel van Lunteren weer als uitgangspunt genomen. Het park uit de tijd van Van Lunteren was nog duidelijk herkenbaar, hoewel de slingerende vormen wat waren afgezwakt. Wel zijn de oorspronkelijke zichtlijnen behouden, evenals de vijvers en de open grasvelden. De tuinarchitect Hugo Poortman was de ontwerper van een rosarium aan de zuidkant van het huis (sinds WO II verdwenen). Ook Leonard Springer werkte hier aan het begin van de 20ste eeuw.
Sinds 1983 vormen het gerestaureerde neogotische huis, het koetshuis, de tuinmanswoning en 6 ha negentiende-eeuws landschapspark (met resten van een ijskelder), weer een hechte eenheid. Sinds 2000 is het totaal ensemble een beschermd rijksmonument.

Zie ook het artikel van Wanda Waanders. Drie generaties Van Lunteren aan de Servetstraat te Utrecht: bekwaam in het kweken van bomen en gewassen, aanleggen van parken en het bouwen van huizen. Cascade Bulletin voor Tuinhistorie. Jg. 9 (2000), nr.2.p. 5 t/m 33.  CO


Park Huis Scherpenzeel, S.A. van Lunteren (1859)
Foto: Stichting Vrienden der Geldersche Kasteelen

Bezoek de Bijzondere Collecties, Turfmarkt Amsterdam

De Bijzondere Collecties van de Bibliotheek van de UVA heeft een nieuwe behuizing aan de Turfmarkt 129 te Amsterdam. De tweede tentoonstelling in dit nieuwe gebouw, is gewijd aan Linnaeus,  te bezichtigen  t/m 25 februari 2008.

De titel van de tentoonstelling is Aap, vis, boek. Linnaeus in Amsterdam (2). Voor deze tentoonstelling is geput uit de rijke verzamelingen van de Artis Bibliotheek. Uiteraard zijn er verschillende werken van Linnaeus zelf te zien, zoals de Systema naturae, de Bibliotheca botanica en de Hortus Cliffortianus, die alledrie in Nederland verschenen. Maar de tentoonstelling bevat veel meer. Zo liggen er talrijke prachtwerken van voorgangers, tijdgenoten en opvolgers, waaronder de Thesaurus van de Amsterdamse apotheker Albertus Seba en de Metamorphosis van Maria Sibylla Merian. Ook worden verschillende prenten geëxposeerd uit de Iconographia Zoologica, een omvangrijk dierkundig documentatiesysteem in de Artis Bibliotheek.

Bij de expositie verschijnt, naast een zogenaamd loopboekje dat ook van internet is te downloaden, de publicatie Aap, vis, boek. Linnaeus in de Artis Bibliotheek, onder redactie van Piet Verkruysse en Chunglin Kwa. ISBN 978 90 400 8434 8. xe2x82xac 24,95.

In dit boek worden veel van de tentoongestelde boeken en prenten in kleur afgebeeld. De uitgave bevat daarnaast vijf studies over verschillende aspecten van Linnaeusxe2x80x99 leven en werk. Ze gaan onder meer in op zijn verblijf in Nederland, op de bronnen die hem ter beschikking stonden en op de problematiek van het onderbrengen van apen, mensen en vissen in het Linneaanse systeem. Een zesde bijdrage belicht de rijke verzamelingen van de Artis Bibliotheek, die een van de grootste Linnaeus-collecties ter wereld bezit.  CO

De Leeuwarder Courant, vanaf 1752, digitaal

De totale krantencollectie van de Leeuwarder Courant, van 1752 tot heden, is gedigitaliseerd en gedurende de introductieperiode gratis te raadplegen. Begin 2008 worden er nieuwe functionaliteiten toegevoegd en hiervoor zal een kleine vergoeding worden gevraagd.

Even wat gezocht en gebladerd. Leeuwarder Courant en vanaf 1752 leiden direct tot 2 namen om eens mee te zoeken. Magazijn van Tuin-sieraaden, tenslotte zijn er advertenties geweest, en Lucas Pieter Roodbaard, tuinarchitect in m.n. Friesland.

Ik vond:

7 april 1802
MAGAZYN VAN TUIN-SIERADEN.
Verzameling van Modellen van Aanleg en Sieraad, van groote en kleine LUSTHOVEN, voornamelijk van dezulke die, met weinig kosten, te maaken zyn.  Getrokken uit de voornaamste Buitenlandsche Werken, naar de gelegenheid en Gronden deezer Republiek gewyzigd, en met veele nieuwe Platte Gronden en Sieraaden vermeerderd, door G. VAN LAAR. Eerste Aflevering, in groot Quarto Formaat, gedrukt op Roijaal Schryfpapier. Dit Werk het welk voor de Beminnaars van Tuinen en Lusthoven niet dan nuttig en aangenaam kan zyn, en waar in yder naar gelange van de uitgestrektheid van zynen grond, zodanige Sieraaden en Ontwerpen zal aantreffen, welke zynen aanleg zullen kunnen verfraaijen; wordt uitgegeven, met zeer fraai gecouleurde en ook ongecoleurde Afbeeldingen der Sieraaden en Platte gronden te Amsterdam by J. ALLART. Her..gde Stuk hier van binnen kort zullende worden uitgegeeven, verzoekt den Uitgever dat zy, welke zich van gecoleurde Exampl. gelieven te voorzien, zulks aan hunne Boekverkopers gelieven op te geeven. Al..ne zyn dezelve ter bezigteging voorhanden.

3, 13 en 20 maart 1802
MAGAZYN VAN TUINSIERADEN.
Verzameling van Modellen van Aanleg en Sieraad, van groote en kleine LUSTHOVEN, voornamelyk van dezulke die, met weinig kosten, te maaken zyn.  Getrokken uit de voornaamste Buitenlandsche Werken, naar de gelegenheid en Gronden deezer Republiek gewyzigd, en met veele nieuwe Platte Gronden en Sieraaden vermeerderd, door G. VAN LAAR. Eerste Aflevering, in groot Quarto Formaat, gedrukt op Royaal Schryfpapier.
Dit Werk het welk voor de Beminnaars van Tuinen en Lust-hoven niet dan nuttig en aangenaam kan zyn, en waar in yder naar gelange van de uitgestrektheid van zynen grond, zodanige Sieraaden en Ontwerpen zal aantreffen, welke zynen aanleg zullen kunnen verfraaijen; wordt uitgegeven, met zeer fraai gecoleurde en ook ongecouleurde Afbeeldingen der Sieraaden en Platte gronden te Amsterdam by J. ALLART. En ten einde de Uitgeever zou kunnen berekenen, hoe veele Exempl. gecoleurd by zoude behoeven, is in alle de Boekwinkels in Nederland een Exempl. gecoleurd en een ongecoleurd voorhanden, wordende de geene welke van dit Werk zich gelieven te voorzien, verzogt aan hunne respective Boekverkopers of aan den Uitgeever deezes optegeeven of zy hetzelve gecoleurd of ongecoleurd verkiezen; zullende als dan dadelyk het 1ste Stuk aan hun worden afgeleverd. Eene Beschryving der … vindt men by de Platen, bestaande deeze eerste aflevering uit 8 stuks, waar onder één grote en twee kleinere Platte gronden voor den aanleg van fraaye, zogenaamde Engelsche Partyën, welke origineel zyn. De prys gecoleurd is f 3,- ongecoleurd f 1-15

3 december 1844
L.P. Roodbaard, architect te Leeuwarden
No. 531. Adam en Eva in pastel, naar Titiaan
No. 532. Een zinnebeeld op den tijd, in dito.

2 juni 1851
Door het overlijden van den Heer Roodbaard, neemt L. VLASKAMP, Architect, thans woonachtig te Hellum, bij Groningen, de vrijheid zich te recommanderen tot het AANLEGGEN van BUITENPLAATSEN en TUINEN, alsmede tot het maken van PLANNEN of TEEKENINGEN. Kan bewijzen van bekwaamheid leveren en belooft eene goede bediening.

25 juli 1851
KRUIWAGENS
Dezelfde, zal op tijd en plaats voorgemeld, tevens verkoopen: ongeveer 50 KRUIWAGENS (pijpegaaltjes) behoord hebbende aan nu wijlen den heer L.P. Roodbaard.

1 augustus 1851
KRUIWAGENS
Dezelfde, zal op tijd en plaats voorgemeld, tevens verkoopen: ongeveer 50 KRUIWAGENS (pijpegaaltjes) met ijperen en eschen armen soo mede swaar beslag, behoord hebbende aan nu wijlen den heer L.P. Roodbaard.

Veel zoeksucces en nog meer bladerplezier.
Jan Holwerda

Waar is de Zocher van Kasteel Duivenvoorde?


   Foto’s : De tuinen van Kasteel Duivenvoorde, 170 jaar later

Ik ben mevr E.A.Kallenborn, kunsthistorica, en werk al ruim zestien jaar als vrijwilligster voor Kasteel Duivenvoorde te Voorschoten. Wij zijn, tot nu toe tevergeefs in twaalf verschillende archieven en adressen, op zoek naar het ontwerp van J.D. Zocher jr uit 1837 van de Engelse landschapstuinen van het kasteel, ontworpen voor Jhr.N.J.Steengracht (1806-1866).  Wij weten dat het ontwerp er geweest moet zijn : in een kasboek van Steengracht in het Nationale Archief in Den Haag staat : "31 december 1837 voor J.D. Zocher wegens teeken.v.e.plan v.Duivenvoorde f 600.-".

Jonkheer Steengracht bezat naast Duivenvoorde ook Kasteel Moyland bij Kleef. Hij is daar ook gestorven. Helaas zijn de archieven van Moyland aan het eind van de Tweede Wereldoorlog vernietigd en ook in ons eigen archief is niets te vinden. Ook alle archieven die wij tot nu toe hebben kunnen bedenken, waar eventueel zo’n plan terecht kan zijn gekomen, zijn benaderd en, zie boven : tevergeefs. De kans is groot dat het ontwerp er niet meer is.

Niettemin de vraag, wie kent de verblijfplaats van dit ontwerp?

E.A.Kallenborn

Wie herkent dit hout?

Bij de restauratiebegeleiding door André Viersen van BBA op kasteel Amerongen speelt een vraag rond de identificatie van houten vloerdelen, die ik graag op Cascadexe2x80x99s weblog voorleg, in het bijzonder aan onze bomenkenners.

Na de verwoesting van 1672 is kasteel Amerongen in 1676 herbouwd. In het herbouwde kasteel bevindt zich aan de westzijde een 12,93 x 7,76 meter grote zaal. Het bijzondere aan deze zaal is dat hij voorzien is van vloerdelen, die zich over de volle lengte van de zaal uitstrekken. De vloerdelen zijn met behulp van eikenhouten klossen op de balken bevestigd, waardoor er aan de bovenzijde geen zichtbare bevestiging is. De delen zijn gemiddeld tussen de 25 tot 30 cm breed en bijna 13 meter lang. Het hout is vrijwel zonder noesten uitgevoerd en de aangetroffen noesten zijn zeer klein. Dergelijke houten delen met een hoge mate van natuurlijke perfectie zijn thans onvindbaar, maar zullen ook in de 17de eeuw al zeer schaars zijn geweest. Dit geeft aan dat men indertijd de nodige moeite zal hebben gehad om deze planken te vinden.

Uit bronnen weten we dat de vloerdelen zeer waarschijnlijk uit Pruisen komen. Een brief, gedateerd 9 januari 1680, geeft de volgende informatie: xe2x80x98Memorie voor mijn Heer Roulé / Omme de moijten te neemen van sich txe2x80x99informeren in Pruijssen, hoeveel het stuck van de naevolgende deelen ter plaetse souden kosten, als mede de vracht van daar tot Amsterdam, te weeten 22 stuck Pruijsse deelen sonder noesten off scheuren, maer heel gaeff, yeder langh 42 1/2 voet Rhijnlants, & breet boven op de top off aen txe2x80x99 eijnde een voet Rhijnlants. Item 6 stuck van deselve deugte en breede maar alleen 36 voeten langh. NB de deelen moeten twee Toll dick sijn.xe2x80x99 In hoeverre Pruisen de plaats van herkomst is of dat de vloerdelen slechts via Pruisen werden geïmporteerd is niet bekend.

De bovenzijde van de planken hebben het uiterlijk van grenenhout. Opvallend is echter wanneer we de doorsnede van het hout bekijken, dat het hout relatief vettig is en een sterke, donkere doortekening heeft. Een dergelijke structuur is voor grenen hout niet gebruikelijk. Gewoonlijk is grenenhout minder vettig en heeft niet zoxe2x80x99n donkere doortekening.

De vraag is of iemand weet welke specifieke soort grenen (of wellicht ander soort naaldhout) toegepast is en van welk type boom het afkomstig is en of een exactere plaatsbepaling mogelijk is.

Karen Veenland-Heineman

Klik op foto’s voor grotere weergave. Linksboven kopse kant van vloerdeel, onder de vloer in zaal van Amerongen  (laden kan even duren, afh. van uw verbinding)

‘jubileumexcursie’ literatuur

Naar aanleiding van de jubileumexcursie ontving Elisabeth Waller vanuit het Duitse nog een 2-tal titels:

Gärten und Parks im Rheinland
Herausgegeben vom Landschaftsverband Rheinland
Köln 2007 Wienand Verlag
ISBN 978-3-87909-915-3

Gärten und Parks an Rhein und Maas
Herausgegeben vom Verein Straße der Gartenkunst zwichen Rhein undnMaas e.V.
Duisburg 2006 Mercator Verlag
ISBN 3-87463-397-7

Tentoonstelling ‘Tuinen bij Overijsselse Buitenplaatsen’ (2)

Afgelopen zaterdag de tentoonstelling Tuinen bij Overijsselse Buitenplaatsen bezocht.

Ontwerpmateriaal van de hand van Marot, Husly, Blom, Zocher, Petzold, André, Poortman, Copijn, Springer en van Gessel; veelal originelen, soms een reproductie. Prenten, litho’s, schilderijen e.d. door Pronk, Schipperus, Rhijnvis Feith, Snebbelie en anderen. Ansichtkaarten, en oude en meer recente (lucht)foto’s. Materiaal uit archieven en particuliere collecties.

Als wel vaker gezegd, veel materiaal wel eens gezien (m.n. in boeken), maar in het echt zegt het zoveel meer! Ik wist bv niet dat die Petzold van Twickel meer dan 3m bij meer van 2m is. Of dat sommige kaarten en ontwerpen in kleur zijn. En een enkel object nog helemaal nooit gezien. Een zeer fraaie, voor mij onbekende, was een anoniem ontwerp voor Schoonheeten, ‘Ontwerp voor het Engelse Werk’ met een korte legenda c.q. aanwijzingen; gedateerd ca. 1780. Helaas heb ik geen foto of scan, maar de tekst kon ik wel overnemen:

A. Engelsche Bosjes, Partaires wijsse aangelegt, moeten alle met Bloemboomen van een tot vier voeten hoog beplant sijn, namelijk de buijtenkanten langs de allees moeten vier voeten sijn, en van binnen na rato van een tot 3 voeten hoog

B. twee Bosquetten in de Bosjes A. moeten met Bloemboomen, en somer off saatbloemen beplant worden.

B. in ’t Engelsebosch sijn bloemboomen op gras geplant van verscheiden soorten moeten alle opgaande sijn

C. Engels Bosch moet sijn van allehande soorten van boomen die bloemdragen opgaande tot 25 a 30 voeten

D. Een frans Bosquet, moeten alle vragdragende boomen sijn, als Franse Castanies, Moerbeesien, Persiken, Amandelen, Appelen, Peeren, Pruijmen, Karsen & alle opgaande boomen

Tentoonstellingen met dit soort materiaal ‘pakken’ mij!  JH

Weldam, Edouard André (1885)    Bron: Landgoed Weldam

Archeologisch onderzoek naar kasteeltuinen Montfort (Limburg) (3).


Kasteeltuinen Montfort (1743)   Bron: www.archeologie-posterholt.nl.

Eerder waren er weblogs over ‘Archeologisch onderzoek naar kasteeltuinen Montfort (Limburg)’.  Nu, via Huub Schmitz (als vrijwilliger van de Heemkundevereniging Roerstreek meegeholpen aan de opgravingen) en zijn website, iets over de resultaten.

Het doel van de opgraving was om na te gaan wat er nog aan sporen van deze tuinen in de ondergrond aanwezig was en of deze ingepast konden worden in de bestaande tekeningen om zo te achterhalen in hoeverre de schaal waarop deze tekeningen waren gemaakt overeenkwam met de werkelijkheid. Ook kon men misschien aan de hand van monsters van pollen en zaden proberen te achterhalen wat er zoal in die tuinen was aangeplant.

Bij de eerste proefsleuven werd al duidelijk dat het gehele perceel ten behoeve van de aanleg van de tuinen is opgehoogd, soms wel 1,5 meter. Lagen van verschillend materiaal, waaronder sloopafval van het kasteel werden waargenomen.
De meest opvallende vondst waren de restanten van twee bruggenhoofden. De centraal gelegen brug is in de oude tekeningen heel goed zichtbaar. In de bedding van de gracht die onder de brug door heeft gelopen bevonden zich de restanten van 20 houten pijlers waarvan de grootste nog ca. 1,5 meter onder de beekbedding was ingegraven.

Ook zijn de sporen teruggevonden van parallel naast elkaar gegraven greppels en oevers en hoeken van vijvers uit de tuinen, maar de sporen van oevers van waterpartijen waren nog maar zwak en in de twee meter brede sleuven maar slecht waarneembaar. De gevonden sporen zijn waarschijnlijk voldoende om deze in te passen in de vroegere tekeningen zodat de exacte ligging bepaald kan worden.

De rapportage van de opgraving zal t.z.t. verschijnen; door de opgraver (Grontmij) zijn veel foto’s gemaakt.  JH


Bruggehoofd  Bron: www.archeologie-posterholt.nl.

Tentoonstellingen


‘De tuyn en huys van den baron Heyden te Ootmarssen’ (berceau en fontein)
Abraham Meyling (1733) Bron: Historisch centrum Overijssel

Afgelopen weekend heb ik de page met tentoonstellingen, lezingen e.d. bijgewerkt. Links staan eveneens een aantal links naar een en ander. Hier ook nog even een aantal nu lopende tentoonstellingen genoemd:

Pietatet et Virtute‘ (Zwolle). De adel en hun leven in Overijssel vóór 1795, over wat de adel tot xe2x80x98adelxe2x80x99 maakte. Een virtueel bezoek brengt u via internet, via internet is een mini-tentoonstelling met o.a. prenten van Pronk, Meyling, de Haen 

In dienst van de landheren van Oranjewoud‘ (Heerenveen). Over het leven en werk van de bedienden in huis, de koetsiers en de stalknechten, de tuinlieden en de boswachters van de buitenplaatsen van Oranjewoud. Met de tentoonstelling verscheen het boek In dienst van de landheren van Oranjewoud van de hand van drs. Rita Mulder-Radetzky en Barteld de Vries. Klik hier voor artikel uit Friesch Dagblad.

Tuinen bij Overijsselse buitenplaatsen‘ (Zwolle). Over 13 tuinen bij Overijsselse buitenplaatsen, met ontwerpen van Marot, Petzold, Poortman, Springer en Copijn, maar ook tekeningen, schilderijen, fotoxe2x80x99s en enkele archiefstukken.

Wonen in de Bollenstreek‘ (Lisse). Beelden van niet meer bestaande buitens in het gebied tussen Haarlem en Leiden.  JH

Snippendaaltuin, De Hortus Amsterdam


Snippendaaltuin, De Hortus Amsterdam  Foto: Elmer van der Marel

Mijn krant, de Gelderlander, besteedde 2 weken geleden aandacht aan de opening van de Snippendaaltuin. Klik hier voor de internetversie van dat artikel en lees en klik voor meer via het navolgende:

De Hortus Amsterdam, opgericht in 1638, kreeg in 1646 Johannes Snippendaal als xe2x80x98praefectus horti’. Hij bracht de gehele toenmalige collectie in kaart. 796 verschillende, voornamelijk medicinale planten, maar ook bijzondere siergewassen werden geteld en in de eerste catalogus opgenomen.  Deze catalogus is vertaald en de collectie wordt nu getoond in een door Bureau SB4 ontworpen, eigentijdse tuin welke verwijst naar de strakke, rechthoekige bedden uit de 17de eeuw.

Er bestaan nog twee originele exemplaren van de Snippendaal-catalogus. Eén bevindt zich in de British Library in Londen. Het andere exemplaar bevindt zich in de Herzog August Bibliothek in het Duitse Wolfenbüttel. De catalogus van Snippendaal kent nog de lange, beschrijvende, pre-Linneaanse plantennamen. Een vertaling naar Linneaanse namen werd eerder gemaakt door de Duitse leraar, florist en biohistoricus Kurt Wein. Hij documenteerde zijn conclusies echter niet. De vertaling van Wein is daarom geactualiseerd volgens de laatste nomenclatuur en vergeleken met andere bronnen.

Klik hier voor meer informatie over de Snippendaalcatalogus. Onderaan deze page is Snippendaalcatalogus te downloaden; en aanvullingen en correcties op de catalogus worden verwelkomd.
Verder klik hier voor meer informatie over Johannes Snippendaal.


Titelblad van de Snippendaal-catalogus (1646)  Bron: de hortus

Tot slot, er verscheen ook een boek, Kruidenier aan de Amstel. De Amsterdamse Hortus volgens Johannes Snippendaal (1646), B. Baljet, F. Bouman en E. Zevenhuizen (en 2).   JH