Nog eens het Cascadedal van Duno bij Doorwerth


De helft van het Cascadegezelschap staande op de Duno-brug (folly), bij een excursie op Duno (2010) (Foto: N. Ravensbergen)

We waren er met een Cascade excursie in 2010, ik schreef eerder over het Cascadedal in ons eerste Cascade boek (PDF) en omdat het niet ver van m’n woonplaats ligt ben ik er de afgelopen jaren af en toe weer geweest. Hier wat foto’s van het Cascadedal door de jaren heen, met in het bijschrift wat achtergrond informatie.
Jan Holwerda

2009 Het Cascadedal met de watertoevoer in cementrustiek vanaf de bron (rechtsonder) en de opeenvolgende vijvers, met in de achtergrond de uiterwaarden in het Rijndal (Foto: J. Holwerda)

2010 Het Cascadedal met ontluikend voorjaarsgroen ten tijde van de Cascade-excursie.


2017 De vijvers waren volgelopen met (zand)grond van de hellingen, blad en takken, de cementrustieke onderdelen kenden meer en meer schade en het uitzicht op het Rijndal was dichtgegroeid. Voor Geldersch Landschap en Kasteelen reden voor fikse kap, schonen van de vijvers en herstel van de cementrustiek (Foto: J. Holwerda)


2017 De kale hellingen beginnen langzaam begroeid te raken, door erosie spoelt nog veel materiaal in de vijvers. De bomen aan de weg parallel aan de uiterwaarden blijven het doorzicht blokkeren (andere eigenaar?).


2025 Zware berkenopslag en dito braamontwikkeling hebben de hellingen vastgelegd maar het doorzicht ook vernauwd, de vijvers zijn door de lichttoetreding volledig dichtgegroeid en met bomen vol in het blad is het zicht naar het Rijndal onmogelijk (Foto: J. Holwerda)


2009 De bron / sprengkop van het Cascadedal, jaar op jaar ging de cementrustiek verder achteruit (Foto: J. Holwerda).


2017 De bron / sprengkop van het Cascadedal ten tijde van de restauratie / reconstructie (Foto: J. Holwerda).

 


2025 De bron / sprengkop van het Cascadedal opgenomen in het groen, door dit groen is de cementrustieke waterloop voor het oog stroomafwaarts niet meer te volgen (Foto: J. Holwerda).

IJskelder vullen

Gezicht op een ijskelder (1727-1780), Pieter Barbiers (Bron: Rijksmuseum Amsterdam)

Ter voorbereiding van een bijdrage aan een symposium op Het Loo afgelopen juni, in het kader van de pensionering van tuinbaas Willem Zieleman, zat ik door de rekeningboeken van Het Loo uit de periode 1770-1780 te bladeren. Een artikel over een ander onderwerp volgt nog, maar hier citaten uit teksten betreffende betalingen gerelateerd aan de ijskelder. Gewoon leuk en passend bij bovenstaande tekening met het vullen van een ijskelder elders. Anders blijven de citaten maar liggen 🙂

incidentele betalingen voor
. ‘leverantie van dak tot het bedekken van ’t ijs’
. ‘reparatie der kap op den ijskelder’
. ‘het maaken en repareeren van de ijskelder’
. ‘wegens leverantie tot het dekken van den ijskelder’
. ‘het af-en wederom nieuw opdekken van den ijskelder’
. ‘het ophoogen van aarde rondom den ijskelder’
. voor ‘leverantie van sout, kaarssen en stroo bij ’t opdoen van ’t ijs en tot gebruijk van dien in den ijskelder’

en jaarlijkse betalingen voor
. ‘het aanvaaren van ijs in den ijskelder’
. ‘wegens bier, jenever en huijsvestinge bij het inbrengen van ijs in den ijskelder gebruikt’
(of iets in gelijkende bewoordingen)

Jan Holwerda

Uitsnede met het vullen van de ijskelder

Magazijn van tuin-sieraden en de Wattez’s

Magazijn van tuin-sieraden, hoeveel is er al niet over de verschillende drukken geschreven? Toch nog een keer, nu over een tweetal bezitters. In 2023, zie ik nu pas, werd een exemplaar ter veiling aangeboden met krabbels en een stempel. Hoe leuk.

De stempel zegt: Dirk Wattez Boomkweker, aanlegger van Parken, Buitenplaatsen enz in Bussum.

De krabbel op de titelpagina zegt: Dirk Wattez overgedragen aan P.H. Wattez 1884 July.

En een bladzijde terug:
Eigendom van Dirk Wattez
1873 July Bussum
overgedragen aan zijn zoon
Petrus Hermannus Wattez
1884 Augustus

Jan Holwerda

Tentoonstelling Buitenplaats Het Huys ten Donck

(OVERGENOMEN)
Tot en met 30 augustus is in het Museum Ridderkerk Oudheidkamer de tentoonstelling over Buitenplaats Het Huys ten Donck te zien. De tentoonstelling bestaat voor een deel uit foto’s die het verhaal vertellen over de Buitenplaats. Een geschiedenis die bijna zes eeuwen beslaat. Het huidige Huys ten Donck uit 1746 heeft een uitzonderlijk rococo interieur. Toprestauratoren hebben de laatste jaren de belangrijkste onderdelen van de interieur ensembles gerestaureerd. Details worden toegelicht die van bijzonder vakmanschap getuigen. Ook komt de omslag van beroepspersoneel naar het werken met vrijwilligers aan bod.

De zolder van Het Huys ten Donck doet dienst als depot. De ‘Good Housekeeping’ Interieur vrijwilligers hebben de afgelopen jaren daar ook nog bijzondere vondsten gedaan, die nooit eerder te zien zijn geweest. Voor deze tentoonstelling hebben de vrijwilligers favoriete voorwerpen gekozen die in de Oudheidkamer worden getoond. Blikvanger is een levensgrote kopie van het prachtige schilderij van stadhouder Willem III van de Slag bij de Boyne (1690), dat mr. Otto Groeninx van Zoelen in 1748 ontving als dank voor de langjarige steun aan de Oranjes. Ook wordt uitgebreid aandacht besteed aan het Donckse Bos, dat een onlosmakelijk deel is van de Buitenplaats: één van de oudste Engelse landschapsparken van ons land. Onder de 13 Rijksmonumenten die de Buitenplaats telt, zijn verschillende tuinsieraden. Er wordt uitleg gegeven over hoe het is ontstaan, welke elementen uit het Park sindsdien zijn verdwenen en waar nieuw leven kan worden ingeblazen.

Op zaterdag 16 augustus om 14.00 uur geeft Aart van Dragt een presentatie over de historische ontwikkeling van het park van Het Huys ten Donck door de eeuwen heen. Daarbij wordt ook aandacht geschonken aan de verschillende tuinsieraden die daar deel van uitmaken. De presentatie wordt afgesloten met de plannen om het huis en het park toekomstbestendig te maken.

Een impressie krijgt u door foto’s op een page van de website van Museum Ridderkerk Oudheidkamer.

Museum Ridderkerk Oudheidkamer
Kerksingel 26
2981 EH Ridderkerk
Openingstijden: woensdag, donderdag, vrijdag en zaterdag van 13.30 tot 16.30 uur.

Hier meer over de restauratieplannen voor Tiendgebouw, Park en meer.

Combineer de tentoonstelling met een bezoek aan het park. Wandelkaarten à € 2,- per dagkaart/persoon (en eventueel een wandelbrochure met plattegrond/uitleg wandelroute en geschiedenis) zijn verkrijgbaar bij:
1. Bij de BP Bolnes – Lagendijk Brandstof, Benedenrijweg 184 te Ridderkerk (open: ma-vr 06.00-23.00 uur, za 08.00-23.00 uur, zo 09.00-23.00 uur) ; dit is aan dezelfde weg (westelijk) als de toegang tot het park.
2. Bij Groentespeciaalzaak en Traiteur Verschoor – Dillenburgplein 10 te Ridderkerk (open: ma-vr 07.00-19.00 uur en za 07.00-16.00 uur).

Oude afbeeldingen met een jonge aanleg


Weldam (ca 1900, Markelo), Johannes Evers (Bron: Gelders Archief).

Oude tekeningen en oude foto’s met een jonge tuin- of parkaanleg hebben iets fascinerends… Zo maar een drietal eerdere berichten met een oude verbeelding van een jonge aanleg zie je hier, hier en hier.

Nu een oude foto met de jonge aanleg achter het huis van Weldam (Markelo), naar ontwerp van Eduard André (1886). Twintig jaar later alweer vervangen door één naar of geïnspireerd op een ontwerp van Hugo Poortman (1907). Hier een vooroorlogse vogelvluchtfoto.
Jan Holwerda


Weldam (1886, Markelo), Eduard André (Bron: Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed).


Weldam (1907, Markelo), Hugo A.C. Poortman (Bron: Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed).

Chinees huisje op Biljoen (Velp) en op Het Loo (Apeldoorn)

Uitsnede met Chinese huisje van Biljoen, uitsnede prent C. Henning ca. 1790.

Eerder (zie hier) haalde ik een bezoeker aan die Biljoen te Velp in 1776 bezocht. Hij zag ‘een Chinees huysie met beweegbaare glase klokkies so door de wind bewogen werdende geluyd geve‘.

Een medereiziger met eigen verslag schreef: ‘een Chinees huysie rood en geel geschilderd met beweegbaare schelleties van glase klokkies so van boven met een houten handvatsel vast is hangende in twee beugelties op plinte rustende en in de midde een houte klepel aan kettingeties’.

De salon met pagode en klokjes, uitsnede ontwerp P.W. Schonck uit 1771.

Nu zie ik in zijn rekeningboek dat eigenaar J.F.W. van Spaen van Biljoen in juni en juli 1775 Het Loo bezocht. Aldaar waren in 1772 beide volières veranderd in paviljoens met in het midden een koepelvormige salon met een torentje in de vorm van een pagode, met glazen klokjes.

Van gelijkenis kun je niet spreken en natuurlijk was de Grand Tour die Van Spaen in 1769-1770 maakte zijn belangrijk(st)e inspiratiebron, maar Het Loo was dat misschien ook wel een beetje.
Jan Holwerda

 

 

Dolkoppen

(OVERGENOMEN)
Dolkoppen. Nederlandse excentrieken en zonderlingen (& een paar Belgen)

Dolkoppen bestaat uit 50 korte biografieën van zeventiende- tot en met twintigste-eeuwse Nederlandse en Belgische excentrieken. Dolkop is een zeventiende-eeuwse term: een onbesuisd persoon, een excentriek. Excentrieken zijn tot nu toe volstrekt onopgemerkt in onze geschiedenis en literatuur. We beschouwen deze mensen historisch gezien nog altijd als de merkwaardige, ietwat suspecte oom die niet graag op familiefeestjes gezien wordt omdat ie, inderdaad, een beetje vreemd is.

Honderden boeken zijn geschreven over Britse excentrieken. Geen enkele publicatie handelt over hun Nederlandse en Belgische tegenvoeters. Niets. In deze lacune is met Dolkoppen nu voorzien. Excentrieken, zonderlingen en zotten, monomanen, fanaten en querulanten, eenzelvigen, devianten, witte raven, afwijkelingen, buitenissigen, originelen en snoeshanen. Een vijftigtal ándere levens om eens goed je tanden in te zetten.

Wim Meulenkamp, Dolkoppen. Nederlandse excentrieken en zonderlingen (& een paar Belgen), 2025, 9789464873306, € 27,95, p. 301.

Wim schrijft zelf op linkedin:
En wie komen we allemaal tegen in dat merkwaardige boek ‘Dolkoppen: Nederlandse excentrieken en zonderlingen (& een paar Belgen)’? Nou, dat zijn, in volgorde van opkomst, de volgenden. Eerst eens de inleiding: I. Excentrieken: een benadering. II. Eenzelvigen en monomanen: Augustinus van Valkenstijn; Adriaan Denissen; Pierre Gustave Voûte; Eugène Félicien Albert comte d’Alviella; Joseph Louis Remy Samson; Rik van Aken / Henri Van Den Weygaert; Florimont Vandamme; J.K. Rensburg; Henri van Leeuwen; Nicolaas Kroese; Meneer Van Klaes. III. Sekten, sektariërs en godsdienstgekken: Johan Christophorus Ludeman / Britta Beyer / Franciscus Lievens Kersteman; Stoffel Muller / Maria Leer; Jeanne ‘Jenny’ Merkus; Jannetje Hootsen, alias Zwart Jannetje; Pieter Hubert ‘Bèr’ Habets; Louwrens Voorthuijzen, alias Lou de Palingboer. IV. Auteurs, boekverzamelaars, kunstenaars en kunstfoezelaars: Petrus Johannes Beronicius; Robert Hennebo; Willem baron van Westreenen van Tiellandt; Antoine Wiertz; Ekke Fransema; Jan Kruijsen; Max de Jong; Gerard Kreuger. V. Bouwers en brekers, aanleggers en decorateurs: Everard Meijster; Henric Piccardt; Dirk Boer; F.J. Hallo; Edouard Joly; Henri Marie Jacques Hyacinthe van de Werve van Schilde; Alexander Verheyen; Willem Ham. VI. Querulanten: Johan Baptist graaf van den Bergh Hohenzollern Sigmaringen; Judith van Dorth; A.J. van Tetroode; George markies de Thouars; Ferdinand Folef von Inn- und Kniphausen; Frederik Anthony Hartsen; Herman Otto van der Linden van Snelrewaard; Cornelis de Gelder, ‘Had-je-me-maar’ / Bertus Zuurbier / L.G.A. Coremans; Hein van der Goes; Jan Jacob Luden. VII. Olipodrogo, een restpost: Johan Maurits van Nassau-Siegen; Antoni de Raedt van Oldenbarneveldt; Jacques Joseph Majoie; Egbert Koning; R.M.A (Reneke Meinard Adriaan) de Marees van Swinderen / R.M.A. (Reneke Meinard Adriaaan) de Marees van Swinderen (nee, geen vergissing: vader en zoon); Leonard Corneille Dudok de Wit, ‘Kees de Tippelaar’; M.P. ‘Okkie’ Ockhuysen. Voldoende namen dus. Een heel panopticum!

En lees ook even de eerdere column Dolkoppen in Het Buiten, zie hier.

Catalogus Z. Brakel Tulpenburg (1773)

Kweker Zacharias Brakel (circa 1729-1806) kennen we van
1. zijn kwekerij Tulpenburg te Utrecht (ter hoogte van het huidige gebouw De Inktpot en het plantsoen ten westen er van), zie deze plattegrond
2. zijn Catalogus van allerhande harde, zoo in als uitlandsche boomen, heesters en plant-gewassen benevens eene groote partij boom, heesters, planten, en bloem-zaaden uit 1794, zie hier

In 1764 huurde Brakel al een ‘hoff off tuynmanswoninge‘, aldaar of in de directe nabijheid. Twee jaar later volgt een additioneel grondstuk. In 1771 duikt hij (vooralsnog) voor het eerst op met de naam Tulpenburg in de Oprechte Haerlemsche courant. En in 1775 volgt uitbreiding tot de kwekerij zoals wij van de plattegrond kennen.

Waar de catalogus uit 1794 al heel lang bekend is vond ik net een catalogus uit 1773. Twee kantjes. Met de titel: Catalogus van Americaanse en andere boomen en heesters, die gebruykt worden tot het aanleggen der plantages van Engelse bossen, laanen, en bloemperken. Te bekoomen by Z. Brakel, bloemist op Tulpenbergh (sic) heet het.

21 jaar later, in 1794 verscheen al genoemde Catalogus. Deze bestaat uit drie deeltjes met in totaal een 100-tal pagina’s. Het eerste deeltje gaat over boomen en heesters met als tweede titeldeel: tot gebruik der Chineesche; of zoogenaamde Engelsche lust-boschjens. Het tweede deeltje betreft …bloem-planten zoo voor de bosjes als de bloemhoven. En het derde deeltje betreft …zaaden, zoo van tweejarige, als overblijvende plant, en bloemgewassen. In de laatste lijst staat ook zaad van bomen als esdoorn, berk, den, plataan, appel en pruim, en van diverse heestersoorten.
Jan Holwerda

2x een cirkel, 2x Rosseels


Ontwerp voor Keizer Karelplein (Nijmegen, 1883), Liéven Rosseels  (Bron: Regionaal Archief Nijmegen)

Gewoon leuk. Wil er verder niets mee zeggen. Zie ook het eerdere Wat doet je vader?
De eerste cirkel is die van het Keizer Karelplein te Nijmegen, de nachtmerrie voor een ieder die moest of nog moet afrijden.
De Leuvense tuinarchitect Liévin Rosseels ontwierp deze invulling in 1883. Toen was het plein nog een wandelpromenade, de auto was nog geen algemeen vervoermiddel. Het was een klein parkje, een miniatuurlandschapje. Ook vandaag de dag ligt er nog een parkje, bereikbaar met gevaar voor eigen leven.


Uitsnede uit voorgaand ontwerp.

De tweede cirkel staat Rosseels’ ontwerp uit 1888 voor een villa park op het voormalige Fort de Ginkel te Venlo. Rondom verrezen villa’s. Overigens, uiteindelijk meer (32) dan op het ontwerp (21).
Jan Holwerda


Ontwerp voor Villa park op Fort de Ginkel (Venlo, 1888), Liéven Rosseels  (Bron: Archief Venlo)