Cementrustieke vaas (Foto: Klaas de Boer)
Op een niet nader te noemen buitenplaats aangetroffen, twee op de kop staande cementrustieke vazen. Geweldig die takken, zaagvlakken, eikenbladeren en eikels.
Cementrustieke vaas (Foto: Klaas de Boer)
Op een niet nader te noemen buitenplaats aangetroffen, twee op de kop staande cementrustieke vazen. Geweldig die takken, zaagvlakken, eikenbladeren en eikels.
(INGEZONDEN)
De Open Tuinen Gids 2023 van de Nederlandse Tuinenstichting (NTs) is uit. Met een kleurrijk overzicht van iets meer dan 400 prachtige tuinen en kwekerijen die hun deuren openen voor het publiek, waaronder de sneeuwklokjestuinen die nu al te bezoeken zijn. De tuinen zijn een afspiegeling van verschillende tuinstijlen en -stromingen in Nederland, en elke tuin vertelt een eigen verhaal. Dit jaar zit er ook een leuk extraatje bij de gids, namelijk een aparte bijlage met zo’n 50 bijzondere Nederlandse (open) moestuinen. Want ook moestuinen behoren tot het groen erfgoed waar de NTs zich al meer dan 40 jaar voor inzet.
De Open Tuinen Gids geeft per provincie een overzicht van de tuinen die te bezoeken zijn: van traditionele landgoederen met prachtig groen erfgoed tot moderne tuinen met elk een eigen karakter. Ook routes langs open tuinen staan erin vermeld. In de moestuinenbijlage beschrijven tuinhistorici Anne Wolff en Lenneke Berkhout tuinen uit
de gids én andere tuinen met moesplanten. Zij houden daarmee een pleidooi voor ‘eetbare schoonheid, kleur, diversiteit en natuur’. Laat u inspireren door de prachtige open sier- en moestuinen uit beide uitgaven, bezoek deze en vooral: geniet een heel tuinseizoen lang. Al sinds 1991 geeft de NTs jaarlijks de Open Tuinen Gids uit. Een
commissie met 24 gemotiveerde en enthousiaste vrijwilligers, verspreid over het land, stelt deze samen. Vrienden van de NTs ontvangen de gids automatisch, maar deze is ook te koop voor nietvrienden, namelijk via de website (www.tuinenstichting.nl) en zo’n 25 verkooppunten in het land. De Open Tuinen Gids 2023 kost 19,95 euro of 24,95 euro inclusief verzendkosten. De moestuinenbijlage is gratis beschikbaar voor NTs-vrienden. Voor niet-vrienden is deze verkrijgbaar via de NTs-website en een enkel verkooppunt, voort 4,95 euro of 6,95 inclusief verzendkosten. Bestellen kan via:
www.tuinenstichting.nl/publicaties/open-tuinengids.
(OVERGENOMEN)
Hein Otto was in 1941 de eerste academisch afgestudeerde landschapsarchitect van Nederland. Hij doceerde aan de hogescholen van Wageningen en Delft en had een actief verenigingsleven, zowel professioneel als in de muziek en de beeldende kunst. Otto was ook de eerste landschapsarchitect in dienst bij de Nederlandse Spoorwegen. Daarnaast had hij een éénmansbureau. Hij behoorde tot de kleine groep modernistische tuin- en landschapsarchitecten die een belangrijk aandeel hadden in de wederopbouw door ontwerpen voor landschapsherstel, nieuwbouwwijken, infrastructuur, recreatie- en sportparken. Otto’s oeuvre kent een grote reikwijdte, zowel geografisch als qua schaal. Zijn ontwerpen variëren van tuin tot campus en van stationsgebied tot beplanting van polderwegen en spoortrajecten. Vooral Otto’s ontwerpen voor de Nederlandse Spoorwegen tonen zijn ontwerpuitgangspunten: eenvoud en soberheid. Zijn werk voor gemeenten door het hele land wordt gekenmerkt door eenvoudige geometrische lijnen, vermengd met een meer losse landschappelijke vormgeving. Met zijn gemeentelijk advieswerk en als vaste ontwerper bij de Nederlandse Spoorwegen heeft hij tussen 1950 en 1990 een belangrijk aandeel gehad in de inrichting van het Nederlandse landschap.
Marianne van Lidth de Jeude, Ir. Hein Otto 1916-1994, Hilversum, 2023, ISBN 9789464550436, € 22,00, p. 160.
(OVERGENOMEN)
Over de Tulpenkoorts van 1636/1637 gaan de wildste verhalen, maar de waarheid is minder opzienbarend. Voor de prijs van een tulpenbol kon je zeker geen Amsterdams grachtenhuis kopen, er waren geen grootschalige faillissementen en niemand is van wanhoop in de gracht gesprongen. Dit boek vertelt wat er wel gebeurde in de eerste helft van de zeventiende eeuw, hoe de tulp van een gewild verzamelobject een handelsobject werd en daarna een speculatieobject. Hoe er eerst werd gehandeld in de bloeiende tulp, daarna in de bollen en tot slot in bollen die nog in de grond zaten en die door speculanten soms wel een aantal keren werden doorverkocht in de hoop op steeds grotere winsten. En wat er gebeurde, en niet gebeurde, toen de markt in februari 1637 instortte, tot vreugde van spotprentmakers en dichters van honende verzen. En hoe de tulp ook na 1637 een geliefd verzamelobject bleef waarvoor flinke prijzen werden betaald.
Tulpenkoorts is verschenen ter gelegenheid van de tentoonstelling Tulpenkoorts – 1636-1637 – het Ware Verhaal in Museum de Zwarte Tulp in Lisse van 18 maart – 27 augustus 2023.
Henk Looijesteijn, Tulpenkoorts. 1636-1637 – Mythe en werkelijkheid, Hilversum, 2023, ISBN 9789464550269, € 18,50, p. 88.
Tentoonstelling Tulpenkoorts. 1636-1637 – Mythe en werkelijkheid
18 maart – 27 augustus 2023
Museum de Zwarte Tulp, Heereweg 219, Lisse.
De Bank (1882), Vincent van Gogh
Door een mail over Zocherbanken eens wat gegoogeld.
Zo spreekt Tuinboek van H. Davidis, bewerkt door H. Witte, over
Kostbaarder zijn ijzeren tuinbanken, stoelen en tafels, die echter, vooral als zij een rustieken vorm hebben, zoodat de stijlen en leuningen naar ongeschilde takken gelijken, werkelijk zeer fraai, en, als zij goed onderhouden worden, door hun langeren duur voordeeliger zijn.
Tweede helft / eind 19e eeuw konden ijzergieterijen als de firma’s L.J. Enthoven & co en De Prins van Oranje die tuinbanken met gietijzeren dragende delen leveren. Ook rondgekeken naar afbeeldingen en dan is de bovenstaande wel heel mooi, een Zocherbank van de hand van Van Gogh uit 1882.
Jan Holwerda
Tuinbanken met gietijzeren dragende delen uit een catalogus van de firma L.J. Enthoven & co
Hertenkamp Driebergen Bron: donderberg.nl
Meer dan een week geleden ontving de webmaster al een mail van Eric B, over het toen net zwaar bediscussieerde en emotionele item Hertenkampen. Zijn zoeken op de weblog resulteerde in het bericht uit 2016 over de toen verschenen RCE brochure, zie hier. De daar aangegeven link naar die brochure werkte niet meer. Daar gecorrigeerd en hier nog even aangegeven:
RCE, Historische hertenkampen, zie hier (2016) en online geactualiseerd, zie hier (t/m 2022).
Ook al is het in de media volop ter discussie geweest, toch nog even dit uit genoemde mail:
Welke waardestellingen van hertenkampen kennen we en welke betekenis heeft een levend hert dan voor die plek? Wat tast je aan als je de herten weghaalt? (Julianapark Utrecht, hertenhuisje Zeeduin, ….)
Moet er een uitzondering in de dierenwet voor herten in monumentale context? Zo is het bouwbesluit ook niet van toepassing op monumenten: Alle gebouwen en andere bouwwerken in Nederland moeten voldoen aan de voorschriften in het Bouwbesluit 2012. Als hierdoor de monumentale waarde van een bouwwerk dreigt te worden aangetast, hoeft aan bepaalde voorschriften niet te worden voldaan. Zie ook hier.
Op de afgelopen Ronde Tafel Conferentie van 9 april 2022 pitchte Niek Oosterbaan zijn onderzoek naar Petrus Hermannus (Pieter) Wattez. Zijn masterscriptie is klaar en te downloaden, klik hier.
Van ontwerpvraag naar tuinaanleg. Twentse tuinen en parken ontworpen door landschapsarchitect Petrus Hermannus (Pieter) Wattez tussen 1890 en 1940.
Uit het voorwoord het volgende: ‘Deze masterscriptie wordt vervolgd. Vanaf 2023 wordt in samenwerking met Martijn Horst gewerkt aan een boek over de familie Wattez. Ik wil eigenaren en/of beheerders van buitenplaatsen met tuinen van Dirk Wattez of Pieter Wattez vriendelijk verzoeken om nog eens te speuren naar tekeningen, foto’s of ander materiaal wat betreft de aanleg van de tuin. Veel materiaal is nog altijd niet boven water. Toezenden kan via: niek.oosterbaan@landschapoverijssel.nl‘.
Tuingezicht, Daniel Marot (Bron: Christie’s), groot.
Leuk toeval. Op twitter of was het linkedin werd melding gedaan van het volgende artikel: ‘De oorspronkelijke tuinaanleg van het Huis Van Wassenaer Obdam in Den Haag en de rol van Daniel Marot’, door Richard Harmanni, in Jaarboek Die Haghe 2022. Joost G. wist me foto’s van het artikel te bezorgen. In dat artikel stond bovenstaand tuingezicht van Marot. Vorig jaar zomer door Christie’s geveild.
Die in plattegrond zeg U-vormige berceau met prieeltjes deed me gelijk denken aan verschillende tuinontwerpen van de hand van Marot. Twee voor Huis ten Bosch (ca.1730-1732), een voor Meer en Berg te Heemstede (1725-1735). En later realiseerde ik me iets gelijkends voor Nijeveld bij Vleuten (1713). En tot slot is er ook na een (ontwerp)vogelvlucht met de achterzijde van Huis ten Bosch met die berceau. Kijk zelf maar even hieronder.
Jan Holwerda
uitsnede Nijeveld (1713, Vleuten), Daniel Marot (Bron: Het Utrechts Archief)
uitsnede Huis ten Bosch (ca. 1730, Den Haag), Daniel Marot (Bron: Haags Gemeentearchief)
uitsnede Huis ten Bosch (ca. 1732, Den Haag), Daniel Marot (Bron: Museum Meermanno)
uitsnede Meer en Berg (ca. 1730, Heemstede), Daniel Marot (Bron: Noord-Hollands Archief)
Huis ten Bosch (ca. 1730, Den Haag), Daniel Marot (Bron: Haags Gemeentearchief)
‘Monument voor een Woningwetwoning’ (1977), Anne Mieke Backer
(OVERGENOMEN Omroep Flevoland)
Het werd in 1977 aangelegd als landschapskunstwerk op een eiland in de Leeghwaterplas in Almere. Het ‘Monument voor een Woningwetwoning’ van kunstenares Anne Mieke Backer.
Het bestaat uit drie, in struiken uitgevoerde, plattegronden van woningen die toentertijd werden gebouwd in Almere. Nu, ruim veertig jaar later, is het kunstwerk bijna niet meer te zien en wordt het ook niet meer onderhouden of aangeduid als kunstwerk. Erfgoedvereniging Heemschut wil daar verandering in brengen.
“In de jaren tachtig was er schrijnende woningnood in Nederland en kwam er dankzij de aanleg van Lelystad en Almere een groot aanbod van nieuwe woningen”, legt Ben te Raa van Erfgoedvereniging Heemschut uit.
“Er waren lange wachtlijsten van mensen die een goed huis zochten. De Woningwetwoning werd bedacht voor mensen met een kleine beurs. Dit monument is daarom cultureel erfgoed omdat het de ziel van Almere is.”
Erfgoedvereniging Heemschut wil daarom dat het vergeten monument weer de aandacht krijgt die het verdient. Er is daarom contact gelegd met de gemeente Almere.
“We hopen dat de omgeving van dit levende kunstwerk wordt vrijgemaakt zodat je het ziet. En we willen dat de gemeente het opneemt in de openbare kunstcollectie, met alle informatie die erbij hoort zodat men zich erin kan verdiepen.”
Meer in deze korte reportage van Omroep Flevoland en de website Flevoland Erfgoed.
De Breul (1900-1905, Zeist) (Bron: Het Utrechts Archief)
Naar aanleiding van het eerdere bloemmandje te water (zie hier) stuurde Karen Veenland-Heineman scans van drie ansichtkaarten. Een bloemmandje te water op De Breul te Zeist. Daarnaast kent ze ook nog een zwart-wit ansichtkaart verzonden in 1915. Is men zo lang doorgegaan met de ‘floating garden’ (niets nieuws onder de zon) of heeft iemand een oude kaart verzonden?
De Breul (1905, Zeist) (Bron: Zeister Historisch Genootschap)
De Breul (1905-1906, Zeist) (Bron: Het Utrechts Archief)