(OVERGENOMEN)
Dolkoppen. Nederlandse excentrieken en zonderlingen (& een paar Belgen)
Dolkoppen bestaat uit 50 korte biografieën van zeventiende- tot en met twintigste-eeuwse Nederlandse en Belgische excentrieken. Dolkop is een zeventiende-eeuwse term: een onbesuisd persoon, een excentriek. Excentrieken zijn tot nu toe volstrekt onopgemerkt in onze geschiedenis en literatuur. We beschouwen deze mensen historisch gezien nog altijd als de merkwaardige, ietwat suspecte oom die niet graag op familiefeestjes gezien wordt omdat ie, inderdaad, een beetje vreemd is.
Honderden boeken zijn geschreven over Britse excentrieken. Geen enkele publicatie handelt over hun Nederlandse en Belgische tegenvoeters. Niets. In deze lacune is met Dolkoppen nu voorzien. Excentrieken, zonderlingen en zotten, monomanen, fanaten en querulanten, eenzelvigen, devianten, witte raven, afwijkelingen, buitenissigen, originelen en snoeshanen. Een vijftigtal ándere levens om eens goed je tanden in te zetten.
Wim Meulenkamp, Dolkoppen. Nederlandse excentrieken en zonderlingen (& een paar Belgen), 2025, 9789464873306, € 27,95, p. 301.
Wim schrijft zelf op linkedin:
En wie komen we allemaal tegen in dat merkwaardige boek ‘Dolkoppen: Nederlandse excentrieken en zonderlingen (& een paar Belgen)’? Nou, dat zijn, in volgorde van opkomst, de volgenden. Eerst eens de inleiding: I. Excentrieken: een benadering. II. Eenzelvigen en monomanen: Augustinus van Valkenstijn; Adriaan Denissen; Pierre Gustave Voûte; Eugène Félicien Albert comte d’Alviella; Joseph Louis Remy Samson; Rik van Aken / Henri Van Den Weygaert; Florimont Vandamme; J.K. Rensburg; Henri van Leeuwen; Nicolaas Kroese; Meneer Van Klaes. III. Sekten, sektariërs en godsdienstgekken: Johan Christophorus Ludeman / Britta Beyer / Franciscus Lievens Kersteman; Stoffel Muller / Maria Leer; Jeanne ‘Jenny’ Merkus; Jannetje Hootsen, alias Zwart Jannetje; Pieter Hubert ‘Bèr’ Habets; Louwrens Voorthuijzen, alias Lou de Palingboer. IV. Auteurs, boekverzamelaars, kunstenaars en kunstfoezelaars: Petrus Johannes Beronicius; Robert Hennebo; Willem baron van Westreenen van Tiellandt; Antoine Wiertz; Ekke Fransema; Jan Kruijsen; Max de Jong; Gerard Kreuger. V. Bouwers en brekers, aanleggers en decorateurs: Everard Meijster; Henric Piccardt; Dirk Boer; F.J. Hallo; Edouard Joly; Henri Marie Jacques Hyacinthe van de Werve van Schilde; Alexander Verheyen; Willem Ham. VI. Querulanten: Johan Baptist graaf van den Bergh Hohenzollern Sigmaringen; Judith van Dorth; A.J. van Tetroode; George markies de Thouars; Ferdinand Folef von Inn- und Kniphausen; Frederik Anthony Hartsen; Herman Otto van der Linden van Snelrewaard; Cornelis de Gelder, ‘Had-je-me-maar’ / Bertus Zuurbier / L.G.A. Coremans; Hein van der Goes; Jan Jacob Luden. VII. Olipodrogo, een restpost: Johan Maurits van Nassau-Siegen; Antoni de Raedt van Oldenbarneveldt; Jacques Joseph Majoie; Egbert Koning; R.M.A (Reneke Meinard Adriaan) de Marees van Swinderen / R.M.A. (Reneke Meinard Adriaaan) de Marees van Swinderen (nee, geen vergissing: vader en zoon); Leonard Corneille Dudok de Wit, ‘Kees de Tippelaar’; M.P. ‘Okkie’ Ockhuysen. Voldoende namen dus. Een heel panopticum!
En lees ook even de eerdere column Dolkoppen in Het Buiten, zie hier.






Hoe wordt de zoon van een Amsterdamse uitgever achtereenvolgens gezworen landmeter van de stad Nijmegen, vestingingenieur in Deense koningsdienst, postmeester-generaal in Noorwegen en ten slotte algemeen landmeter aan het Hof van Gelre? Dat is het fascinerende relaas over het leven en werken van Isaac van Geelkercken (1615-1672).







’s-Graveland viert in 2025 een bijzondere mijlpaal: 400 jaar sinds de verkrijging van het octrooi in 1625. Dit boek neemt je mee op een fascinerende reis door de tijd. In tien boeiende thema’s worden de verhalen beschreven van de mensen die hier woonden en leefden, voorzien van prachtige illustraties. Veel aspecten van het leven in ’s-Graveland komen aan bod, zoals de moeizame stappen in de begintijd in het thema Aanvang, de indrukwekkende Stalpaertkerk in het thema Geloof en de fusieperikelen in het thema Bestuur. De ’s-Gravelandse Vaart, ooit de levensader van het dorp, wordt belicht bij Vervoer, terwijl Kunst en Cultuur aandacht schenkt aan kunstenaars en koren. Dat en nog veel meer komt aan de orde in de hoofdstukken vol interessante feiten en ook herkenbare verhalen. Het boek biedt een schat aan informatie voor iedereen die ’s-Graveland en zijn geschiedenis een warm hart toedraagt. Of je nu specifieke onderwerpen wilt verkennen of het boek van kaft tot kaft wilt verslinden, het belooft een boeiende lees- en kijk ervaring te zijn.
Lanen, vijvers, weilanden, historische boerderijen en statige landhuizen: in ’s-Graveland lopen ze schijnbaar naadloos in elkaar over. Natuur en erfgoed lijken op de ’s-Gravelandse Buitenplaatsen vanzelfsprekend samen te gaan in het landschap. Toch is dit niet altijd zo geweest. De erfgoedroute leidt langs buitenplaatsen, natuur en de sporen van een unieke geschiedenis.